Cel en tbs met dwangverpleging voor doodsteken vriend in Lelystad
LELYSTAD - Een 21-jarige man uit Almere is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 6 jaar en tbs met dwangverpleging. De man stak eind november 2020 voor het station in Lelystad een voormalige vriend van hem neer. Het 19-jarige slachtoffer overleed ter plaatse.
De twee ‘vrienden’ hebben op 29 november vorig jaar ruzie over uitgeleende kleding. De ruzie start in Almere, maar loopt later die avond in Lelystad volledig uit de hand. Voor de stationshal in Lelystad komt de verdachte met twee anderen het slachtoffer weer tegen. Op camerabeelden is te zien dat het slachtoffer met een beige tas op de man afrent. De verdachte deinst naar achteren en grijpt een mes dat hij bij zich had. De 19-jarige man rent hierop weg en stapt als bijrijder in de auto waarin hij naar Lelystad was gereden. De auto rijdt weg, maakt een U-bocht en rijdt weer in de richting van de verdachte. Deze gaat vervolgens op straat staan om de auto te laten stoppen. Daarna heeft hij de deur aan de bijrijderszijde geopend en de 19-jarige man één keer in zijn borst gestoken. Als gevolg hiervan is deze overleden.
Tijdens de zitting bekent de verdachte de fatale steekbeweging te hebben gemaakt. Volgens hem deed hij dit uit noodweer, in het geval van noodweer mag iemand zich verdedigen en volgt er geen straf, omdat hij dacht dat het slachtoffer een vuurwapen in het beige tasje bij zich had. Ook zou het slachtoffer een schietbeweging hebben gemaakt, maar het wapen hebben gehaperd. De rechtbank gelooft dit niet.
Op camerabeelden is wel te zien dat het slachtoffer in eerste instantie op de verdachte afrent, maar uit niets blijkt dat hij een vuurwapen bij zich zou hebben. Er is ook geen vuurwapen gevonden in of bij de auto waarin het slachtoffer zat. Dat de verdachte er van schrok dat het slachtoffer met het tasje op hem afrende is op zich wel logisch. Maar op het moment dat het slachtoffer wegrende richting de auto was er geen sprake meer van een noodweersituatie. En die was er ook niet toen de verdachte de auto staande hield, de deur van de auto opende en de messteek toebracht.
Een nog jonge man is het leven ontnomen en zijn laatste momenten moeten vol pijn en (doods)angst zijn geweest. Bij het bepalen van de straf houdt de rechtbank er rekening mee dat bij de verdachte sprake is van een stoornis en een gebrekkige ontwikkeling. Juridisch betekent dit dat hij verminderd toerekeningsvatbaar is. Behandeling is noodzakelijk om herhaling te voorkomen.
Omdat de verdachte niet mee wil werken aan een behandeling, moet dat gedwongen gebeuren. Vanwege zijn jonge leeftijd en de kans op herhaling adviseren de deskundigen om zo snel mogelijk met een behandeling te starten. De rechtbank adviseert de minister daarom om de tbs behandeling eerder te starten dan gebruikelijk, namelijk al na het uitzitten van een derde van de gevangenisstraf. Naast het opleggen van de gevangenisstraf van 6 maanden en de tbs met dwangverpleging bepaalt de rechtbank ook dat de verdachte een schadevergoeding moet betalen aan de moeder van het slachtoffer.