EU-landen akkoord over nieuw prijsplafond voor Russische olie
BRUSSEL - De EU-lidstaten hebben een akkoord bereikt over het instellen van een prijsplafond voor geraffineerde olieproducten uit Rusland. Ook Australië en de landen van de G7, waaronder de Verenigde Staten en Japan, zijn het daarover eens geworden. Eerder werd vanwege de oorlog in Oekraïne ook al een prijsplafond ingevoerd voor Russische ruwe olie.
De maximumprijs voor premium Russische olieproducten zoals diesel is vastgesteld op 100 dollar (92 euro) per vat, meldt een ingewijde in Brussel. Voor 'mindere' producten zoals stookolie is dat 45 dollar (41 euro). De G7-landen en Australië zeggen ook die maximumprijzen te zullen hanteren.
De G7 en de EU kwamen in december al met een akkoord over een prijsplafond van 60 dollar (55 euro) per vat ruwe olie uit Rusland. Net als eind vorig jaar hopen de landen te voorkomen dat Rusland veel verdient aan de export van olie. De nieuwe sanctiemaatregel in de Europese Unie gaat volgens het voorstel, ingediend door de Europese Commissie, aankomende zondag al in.
De ingewijde in Brussel spreekt van een "evenwichtige, beperkende maatregel die de prijs van olie en daarvan afgeleide producten laag genoeg houdt om de Russische inkomsten te verlagen terwijl de toegang voor derde landen wordt gegarandeerd". Polen en de Baltische staten hadden aangedrongen op lagere prijzen om de inkomsten voor Rusland verder te beperken.
Voor beide sanctiemaatregelen geldt dat westerse verzekeringsmaatschappijen en rederijen is verboden ladingen Russische ruwe olie en olieproducten te verzekeren of te vervoeren, tenzij ze aan of onder het vastgestelde prijsplafond zijn gekocht. Westerse verzekeraars en reders hebben een belangrijke rol in deze handel.