Zorgverzekeraar Zilveren Kruis hoeft gezichtsoperaties van twee transgenders niet te vergoeden
UTRECHT - Zorgverzekeraar Zilveren Kruis hoeft in de gevallen van twee transgenders hun gezichtsoperaties niet te vergoeden. Dat heeft de rechtbank Midden-Nederland in twee verschillende procedures beslist.
Verzekerde transgenders kunnen bij Zilveren Kruis aanspraak maken op vergoeding van een gezichtsoperatie in het geval van een zogenoemd passabiliteitsprobleem. Daarvan is sprake als een transgender niet als het ervaren gender wordt herkend. Maar de rechtbank oordeelt in beide gevallen dat er geen passabiliteitsprobleem is.
In één zaak gaat het om een verzekerde die is geboren in een mannelijk lichaam, maar sinds 2016 in behandeling is bij het VUmc vanwege transseksualiteit. Zij onderging al verschillende geslachtsaanpassende operaties en er heeft inmiddels ook een zogenoemde ‘faciale feminisatie’ plaatsgevonden. Dit is een behandeling waarbij de kaak wordt (open)gebroken en botstructuren worden verzet en vervormd met als doel mannelijke trekken uit het gezicht te verwijderen.
Volgens de vrouw kampte ze met een passabiliteitsprobleem: haar gezicht vertoonde mannelijke trekken en dit zorgde bijvoorbeeld op straat voor schrikreacties bij andere mensen. Zilveren Kruis weigert de kosten voor deze operatie te vergoeden. Volgens de zorgverzekeraar was namelijk geen sprake van een passabiliteitsprobleem. In een kort geding in 2021 oordeelde de rechtbank nog dat Zilveren Kruis opnieuw moest beoordelen of de vrouw recht had op een vergoeding. Ook na de nieuwe beoordeling kwam Zilveren Kruis tot dezelfde conclusie en wil het de operatie dus niet vergoeden.
Op basis van de bevindingen van de behandelend arts van de vrouw stelt de rechtbank in deze bodemprocedure vast dat inderdaad sprake was van een aantal mannelijke gezichtskenmerken die vrouwelijker gemaakt konden worden. De rechtbank erkent dat het goed voorstelbaar is dat de vrouw moeite had met deze mannelijke kenmerken en daardoor psychische problemen ondervond. Maar dit betekent nog niet automatisch dat de ingreep ook vergoed moet worden.
De rechtbank stelt vast dat de ingreep een vorm van plastische chirurgie is. Maar de lat voor vergoeding van plastische chirurgie ligt erg hoog, óók voor transgenders. Zilveren Kruis is daarbij gebonden aan strenge criteria die in dat kader zijn geformuleerd door het Zorginstituut Nederland. Zo moet vaststaan dat het uiterlijk van de vrouw vóór de operatie nog zó mannelijk was dat dit bij vrouwen in het algemeen niet voorkomt en zij daardoor niet als vrouw werd herkend. Dat bleek in dit geval niet zo te zijn.
Ook in het geval van de andere verzekerde transgender is niet gebleken dat sprake is van een passabiliteitsprobleem en hoeft Zilveren Kruis de kosten dus niet te vergoeden. De rechtbank schrijft in beide vonnissen dat het grote aantal aanvragen voor gezichtsoperaties van transgenders een signaal vormt dat er onder transgenders kennelijk wel op grote schaal behoefte bestaat aan deze ingreep en dat het ondergaan ervan ook een belangrijke bijdrage kan leveren aan het psychisch en lichamelijk welzijn van transgenders.
Een eventuele beslissing om de regels rond de vergoedingen voor plastische (aangezichts)chirurgie bij transgenders te verruimen is echter niet aan de rechtbank.