Ultimatum naar verfproducent PGG Coatings voor hogere lonen

UTRECHT - Maandag is er een ultimatum gestuurd naar PPG Coatings, een grote verfproducent. De verfleverancier moet vóór vrijdag 12 mei 17.00 uur komen met een goede cao.

PPG wil niet verder gaan dan 7 procent meer salaris. Volstrekt onvoldoende, vinden de werknemers. De FNV eist dat de medewerkers er in ieder geval genoeg geld bij krijgen om hun boodschappen te kunnen blijven betalen. Dat komt neer op 14,3 procent. Ook wil de bond dat de lonen voortaan meestijgen met de inflatie (automatische prijscompensatie).

Erik de Vries, bestuurder FNV Procesindustrie: "Dit is één van de grootste verfproducenten ter wereld, zo niet de grootste; er is geld genoeg. Ze moeten gewoon over de brug komen met een goede loonsverhoging. Dat doen ze niet, dus voeren wij de druk nu op."

De FNV eist namens de werknemers een eenjarig cao met een looptijd tot 1 januari 2024. De salarissen moeten per 1 januari 2023 structureel worden verhoogd met 14,3 procent en moeten voortaan meestijgen met de inflatie (automatische prijscompensatie). Verder eist de vakbond een reiskostenvergoeding van €0,21 per kilometer.

PPG Coatings Nederland BV. maakt deel uit van het wereldwijde PPG Industries dat in 2022 een omzet had van 17,7 miljard dollar. In de fabrieken in Nederland worden hoofdzakelijk industriële lakken en verven voor huizen geproduceerd. Bij PPG Coatings werken ruim 1.000 mensen.