IRU vraagt EC respijt voor slimme tachograaf versie 2

GENEVE - Vanaf vandaag is de nieuwe slimme tachograaf versie 2 (SMT2) verplicht voor alle nieuw geregistreerde bedrijfsvoertuigen. Maar gezien de vertragingen in de beschikbaarheid van de SMT2-apparaten, vraagt de ​​IRU de Europese Commissie om de lidstaten aan te bevelen een respijtperiode tot eind 2023 te bieden om te voorkomen dat tienduizenden nieuwe vrachtwagens en touringcars worden geblokkeerd.

De nieuwe SMT2 wordt geleverd met tal van voordelen. Ten opzichte van de slimme tachograaf versie 1 (SMT1) bevat de SMT2 extra functies zoals automatische registratie van grensoverschrijdingen en de mogelijkheid voor handhavers om gegevens op afstand in te zien.

De SMT2 is niet alleen een belangrijk instrument voor het toezicht op de naleving van de EU-regels voor rij- en rusttijden, maar ook voor cabotageregels en zelfs voor de terbeschikkingstelling van chauffeurs.

IRU-directeur van EU Advocacy Raluca Marian zei: “Onze sector heeft uitgekeken naar de slimme tachograaf versie 2. Naast andere voordelen kunnen de nieuwe functies het aantal controles langs de weg verminderen en de werkomstandigheden van chauffeurs en handhavers verbeteren door alleen frequente en zware overtreders aan te pakken, een ideaal scenario waar IRU al lang voor pleit. Maar de vertragingen bij de levering van de nieuwe tachografen kunnen tot eind 2023 tussen de 20.000 en 40.000 voertuigen blokkeren van registratie."

“Deze blokkade is onaanvaardbaar. Het betekent vertragingen bij het ontvangen van nieuwe voertuigen, wat een wezenlijke invloed kan hebben op de planning van vervoerders en bijgevolg op de capaciteit van het passagiers- en goederenvervoer in de EU”, voegde ze eraan toe.

Zelfs als een lidstaat eenzijdig besluit om bij wijze van uitzondering de registratie en het verkeer van nieuwe voertuigen die zijn uitgerust met SMT1-apparatuur te accepteren, kunnen vervoerders een boete krijgen als ze de grenzen van lidstaten over rijden die een andere aanpak hanteren.

In een brief die vorige week aan commissaris Adina Vălean werd gestuurd, riep de IRU de Europese Commissie op om de lidstaten aan te bevelen om bij wijze van uitzondering een respijtperiode tot eind 2023 te bieden voor de installatie van SMT2-apparaten in voertuigen die vanaf vandaag zijn geregistreerd, zowel voor nationale als internationale voertuigen, vanwege vertragingen bij de levering van de nieuwe slimme tachograaf.

Tijdens de respijtperiode moeten nieuwe voertuigen die zijn uitgerust met de vorige versie van de tachograaf, SMT1, voorlopig worden geaccepteerd voor registratie, parallel aan voertuigen die zijn uitgerust met de SMT2, op voorwaarde dat ze tegen het einde van de respijtperiode zijn uitgerust met SMT2-apparatuur.

Bovendien mogen handhavingsinstanties tijdens de respijtperiode geen boetes opleggen aan transportbedrijven voor het besturen van voertuigen die vanaf vandaag zijn geregistreerd met SMT1-apparaten.

Als de levering van nieuwe ultramoderne voertuigen met SMT1-apparaten wordt geblokkeerd, zal dit de werking van milieuvriendelijkere voertuigen verhinderen, waardoor de Europese doelstellingen voor CO2-reductie in gevaar komen.

"Onze sector vraagt ​​om het leiderschap van de Europese Commissie om verstoringen van de mobiliteitsnetwerken en toeleveringsketens van de EU te voorkomen en om vervoerders te behoeden voor ongerechtvaardigde boetes", aldus Raluca Marian.

Verschillende EU-lidstaten, waaronder Duitsland, Spanje en Zweden, hebben eenzijdig beslist over respijtperiodes. Hoewel dit een welkome stap is, ontbreekt het aan harmonisatie over de duur van de vrijstelling en de voorwaarden in Europa.

“De welkome stap van verschillende lidstaten om pragmatische oplossingen te vinden voor een feitelijke kwestie is nog een goede reden waarom de Europese Commissie leiderschap zou moeten tonen en een geharmoniseerde uitzondering zou moeten coördineren die de registratie en het gebruik van nieuwe voertuigen die zijn uitgerust met SMT1-apparatuur toestaat tot het einde van de jaar. Het behoeft geen betoog dat de kosten van het achteraf uitrusten van deze voertuigen met SMT2-apparaten door de fabrikanten moeten worden gedragen, aangezien zij de plicht hebben om conforme voertuigen te leveren”, benadrukte Raluca Marian.

Naast de mijlpaal die gericht is op nieuwe zware bedrijfsvoertuigen, stelt de laatste wijziging van de EU-regels voor rij- en rusttijden ook deadlines vast voor het achteraf inbouwen van voertuigen die vóór vandaag zijn geregistreerd. Deze deadlines zijn vrij dichtbij, tussen eind 2024 en augustus 2025, afhankelijk van het voertuig.

Gezien de huidige uitdagingen om nieuwe voertuigen uit te rusten met SMT2, verwacht IRU vertragingen bij de levering van SMT2-apparaten voor het achteraf inbouwen van voertuigen die al op EU-wegen rijden.

“Aangezien de nieuwe slimme tachograaf hoogstwaarschijnlijk pas begin 2024 op grote schaal beschikbaar zal zijn voor retrofit, vragen we de Europese Commissie om een ​​monitoringsysteem voor retrofit van voertuigen op te zetten om een ​​voorspelbare crisis te voorkomen. Dit zou een nog groter probleem kunnen zijn dan het huidige. We verwachten dat er tussen de 1,5 en 2 miljoen voertuigen achteraf moeten worden gemonteerd, en de tijd daarvoor wordt door vertragingen steeds kleiner”, concludeert Raluca Marian.