EU-landen geloven niet meer in munitiebelofte aan Oekraïne

BRUSSEL - Het lukt de Europese Unie niet om beloofde munitieleveringen aan Oekraïne waar te maken, denken EU-landen. De toegezegde 1 miljoen artilleriegranaten waar Oekraïne om zit te springen kunnen niet op tijd worden geproduceerd, zegt onder anderen de Duitse defensieminister Boris Pistorius.

Oekraine heeft de munitie voor zwaar geschut hard nodig om overeind te blijven tegen de minder afgeknepen Russische invasietroepen en verwachtte ze uiterlijk in februari. Maar "de 1 miljoen wordt niet gehaald, daar moeten we van uitgaan", zei Pistorius bij aankomst in Brussel voor overleg met zijn EU-collega's. Het is volgens hem de vraag of die belofte ooit realistisch was. EU-buitenlandchef Josep Borrell erkent ook dat de unie de doelstelling mogelijk niet bereikt.

Defensieminister Kajsa Ollongren wil die conclusie nog niet trekken, maar zou die wel pijnlijk vinden. "Oekraïne is wel afhankelijk van de beloften die wij doen, dat we ook echt leveren. Oekraïne moet kunnen rekenen op de constante toevoer van de munitie die ze nodig hebben."

Extra productie

Oekraïne heeft inmiddels wel meer dan 300.000 granaten ontvangen die de EU-landen nog op voorraad hadden, aldus Borrell. Maar veel meer hebben ze niet liggen en het komt nu op extra productie aan. Het valt echter niet mee om dat op korte termijn voor elkaar te krijgen.

"De contracten zijn getekend, de bestellingen lopen", zegt Ollongren. "Er moet zo spoedig mogelijk worden geleverd."