Gevangenisstraf en tbs voor het doodsteken van ex-partner

ARNHEM - De rechtbank veroordeelt een 32-jarige man tot een gevangenisstraf van 12 jaar en tbs met dwangverpleging voor doodslag op zijn ex-vriendin. 

De man was woedend en jaloers nadat hij in de middag van 12 maart 2023 zijn ex-partner door het raam van haar woning met een andere man op de bank zag zitten. De man gooide een baksteen door de achterdeur, drong de woning binnen en joeg de andere man onder bedreiging van een steekvoorwerp weg. Hij stak daarna 74 keer in op zijn ex-partner met een mes en een schaar. Het bijna 1 jaar oude dochtertje van de man en de vrouw was in de woning aanwezig en was getuige van het feit dat haar vader haar moeder om het leven bracht. 

Evenals de officier van justitie en de advocaat is de rechtbank van oordeel dat de man niet handelde met voorbedachte raad en dat er dus geen sprake is van moord. Volgens de rechtbank was er niet sprake van een vooropgezet plan om het slachtoffer om het leven te brengen. Dit blijkt volgens de rechtbank onder andere uit het feit dat er een zeer kort tijdsverloop zat tussen het moment dat de man zijn auto parkeerde in de buurt van de woning en het moment dat hij 112 belde. Daarbij had hij geen wapen(s) meegenomen naar de woning, stak hij zijn ex-partner in korte tijd meerdere keren en verkeerde de man volgens agenten duidelijk in enorme paniek/shock. Daaruit blijkt eerder van een onmiddellijke gemoedsopwelling. 

Op grond van de conclusies uit het psychiatrisch en psychologisch rapport oordeelt de rechtbank dat de doodslag op zijn ex-partner verminderd aan hem kan worden toegerekend. Uit de rapporten blijkt dat er sprake was van een gebrekkige ontwikkeling of ziekelijke stoornis van de geest tijdens de steekpartij. 

Uit die rapporten volgt ook dat een langdurig en intensief traject noodzakelijk is om de persoonlijkheidsproblematiek van de man te behandelen. Gelet op die problematiek is het niet waarschijnlijk dat hij daar vrijwillig, of in de vorm van tbs met voorwaarden aan mee zal werken. Daarbij ziet hij de noodzaak van behandeling niet in en het ontbreekt hem aan de motivatie. Daarom legt de rechtbank de maatregel van tbs met dwangverpleging op.

Bij het bepalen van de straf kijkt de rechtbank onder andere naar de ernst van het delict en de grote impact daarvan op de nabestaanden, vrienden en bekenden van het slachtoffer, alsook op de samenleving in het algemeen. In strafverzwarende zin weegt de rechtbank mee de manier waarop de man zijn ex-partner om het leven bracht en dat dit is gebeurd in haar eigen vertrouwde omgeving in het bijzijn van haar dochtertje. Aan de andere kant houdt de rechtbank rekening met het feit dat hij verminderd toerekeningsvatbaar is. Om al deze redenen vindt de rechtbank de door de officier van justitie geëiste straf passend en legt deze ook op.

Tot slot moet de man aan de moeder van het slachtoffer een schadevergoeding betalen van 17,5 duizend euro en aan zijn dochtertje een schadevergoeding van ruim 70 duizend euro.