Clicky


Niet alle slachtoffers ongeluk Sprang-Capelle waren op slag dood

Niet alle slachtoffers ongeluk Sprang-Capelle waren op slag dood
05-12-2023 12:25 | Ongevallen | auteur ANP

BREDA - De slachtoffers van het dodelijk ongeval op de A59 bij Sprang-Capelle zijn op een verschrikkelijke manier om het leven gekomen. Dat vertelde de voorzitter dinsdag in de rechtbank in Breda. Daar wordt de strafzaak behandeld tegen de 33-jarige Thomas de G. Hij wordt verdacht van doodslag door op vrijdagavond 10 maart het fatale ongeval te veroorzaken.

Door het ongeluk kwam een gezin van vier personen uit Raamsdonksveer om het leven. De slachtoffers waren een meisje van 10 jaar oud, een 13-jarige jongen en hun vader en moeder van 46 jaar. "Niet alle slachtoffers waren op slag dood", zei de voorzitter. Omstanders verklaarden dat zij nog probeerden de bestuurster uit de auto te krijgen. Zij was op dat moment nog in leven. "De klap was zo groot dat de deuren verwrongen waren en dat niet is gelukt."

De G. raakte hierdoor geëmotioneerd. Ook hij zou hebben geprobeerd te helpen toen de auto in brand stond: "Ik weet dat ik aan die deur heb staan trekken, maar de hendel brak af en ik kreeg die deur niet open." Volgens getuigen was hij zodanig in shock dat hij niet meer kon helpen.

Filmpjes

De verdachte zelf raakte die avond lichtgewond. Hij was onder invloed van alcohol en had tussen de 9 en 10 biertjes op, verklaarde hijzelf. Ook filmde hij de rit met zijn mobiele telefoon. Deze beelden werden in de rechtszaal getoond. Op zijn toestel zouden nog veel meer filmpjes staan waarop te zien is dat De G. ernstige verkeersovertredingen begaat.

De verdachte reed volgens het Openbaar Ministerie met een enorm snelheidsverschil achterop de personenauto van het gezin uit Raamsdonksveer. Tijdens een eerdere voorbereidende zitting liet de officier van justitie weten dat de software in de auto van De G. vlak voor het ongeluk 254 kilometer per uur aangaf. De laatste seconde remde De G. flink, de botssnelheid was ongeveer 205 km per uur, aldus het Openbaar Ministerie.