Lange celstraffen voor betrokkenheid bij dood Rotterdamse DJ Siki Martina

ROTTERDAM - De rechtbank Rotterdam veroordeelt een 33-jarige Rotterdammer tot 12 jaar cel voor doodslag op de Rotterdamse DJ Siki Martina.

Een andere man van 32 jaar wordt vrijgesproken van betrokkenheid bij de dood van Martina, maar hij krijgt wel een celstraf van 6 jaar opgelegd vanwege poging tot doodslag (door te schieten op een derde verdachte) en verboden wapenbezit. De genoemde derde verdachte, die in het gezelschap was van Siki Martina, krijgt een gevangenisstraf opgelegd van 42 maanden vanwege poging tot doodslag (door te schieten op de beide andere verdachten) en verboden wapenbezit.

Siki Martina werd op 10 juli 2022 bij het metrostation Coolhaven doodgeschoten bij een ontmoeting waarbij in totaal vier personen aanwezig waren. Hij was samen met de derde verdachte (zijn neef) naar de afspraak gereden en is na een ruzie waarbij hij en zijn neef werden bedreigd doodgeschoten.

Uit uitgebreid forensisch onderzoek volgt dat Siki Martina van zeer korte afstand gericht is beschoten. Tijdens het onderzoek is een huls bij het gaspedaal in de auto van de 33-jarige Rotterdammer gevonden. Uit het munitieonderzoek is gebleken dat deze huls als enige past bij het wapen waarmee Siki Martina is beschoten. Vanwege de vindplaats van de huls (in de auto) gaat de rechtbank ervan uit dat het dodelijke schot vanuit de auto is afgevuurd.

Omdat de verdachte als enige op geen enkel moment de auto verlaten heeft, en omdat de andere twee verdachten een ander type wapen hadden, kan het niet anders dan dat hij het fatale schot heeft gelost. Hij krijgt daarvoor een gevangenisstraf opgelegd van 12 jaar. 

De tweede verdachte wordt vrijgesproken van verantwoordelijkheid voor de dood van het slachtoffer. Wel wordt hij veroordeeld voor poging tot doodslag en het bezit van een vuurwapen. Hij heeft bewust geschoten in de richting van de derde verdachte. Daarom wordt hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes jaar.

De derde verdachte, de 35-jarige neef van het slachtoffer, die met het slachtoffer naar de afspraak was gereden, wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf van 42 maanden vanwege poging tot doodslag en het voorhanden hebben van een vuurwapen. Hij heeft tijdens het vuurgevecht geschoten, waarbij het een wonder is dat hij niemand dodelijk heeft geraakt. De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de toedracht van het incident en de nauwe band van de man met het slachtoffer.