Clicky


RIVM maakt zich zorgen over stijging kinkhoest bij baby's

RIVM maakt zich zorgen over stijging kinkhoest bij baby's
14-02-2024 10:12 | Gezondheid | auteur ANP

BILTHOVEN - Het aantal pasgeboren baby's dat ernstig ziek is door kinkhoest neemt de afgelopen weken snel toe. Artsen stellen nu wekelijks bij zo'n 110 kinderen, van wie ongeveer twintig baby's, kinkhoest vast, meldt het RIVM. De stijging is vooral te zien in gebieden met een lage vaccinatiegraad, zoals de Biblebelt.

Juist over de groep baby's maakt het RIVM zich zorgen. Zij kunnen heel erg ziek worden van kinkhoest en komen dan vaak terecht in het ziekenhuis. Soms overlijdt een baby aan de ziekte. Momenteel zijn er bij het RIVM nog geen meldingen binnengekomen over kinderen die zijn overleden aan kinkhoest.

Van de baby's met kinkhoest was ruim 90 procent niet door vaccinatie beschermd. Ongeveer de helft van deze baby's is in het ziekenhuis opgenomen. Vrouwen worden als ze zwanger zijn aangeraden zich te vaccineren tegen de ziekte, zodat een baby al antistoffen meekrijgt.

Kinkhoest wordt veroorzaakt door een bacterie en is erg besmettelijk. De bacterie maakt een gifstof aan, waardoor hevige hoestbuien ontstaan. Deze hoest kan enkele weken tot maanden aanhouden.

Het aantal meldingen van kinkhoest neemt sinds afgelopen juni toe en is veel hoger dan voorgaande jaren, zowel bij kinderen als bij volwassenen. Op dit moment worden er wekelijks ongeveer 250 patiënten met kinkhoest gemeld. In 2019 waren dit er 120 per week, het jaar daarvoor 91. Het RIVM vermoedt dat het aantal besmettingen in werkelijkheid hoger ligt, omdat niet iedereen met kinkhoestklachten wordt getest.

De coronapandemie is een mogelijke oorzaak voor de huidige snelle verspreiding van kinkhoest, denkt het RIVM. In de tijd dat mensen minder contact hadden met elkaar werd ook kinkhoest minder snel overgedragen. Het aantal kinkhoestgevallen is tussen april 2020 en juni 2023 opmerkelijk laag gebleven. "Daardoor nam de immuniteit ook af en wordt de ziekte nu als het ware ingehaald", zegt een woordvoerder van het instituut.