IRU: regeringen moeten schade voor transportbedrijven door boerenprotesten vergoeden
GENEVE - Veel boerenprotesten in heel Europa hebben de logistieke ketens ernstig ontwricht, belangrijke routes geblokkeerd, vrachtwagens aangevallen en vracht vernield, vaak met de politie als passieve getuige. De kosten voor chauffeurs en transportbedrijven zijn enorm en groeien nog steeds. Ze hebben compensatie nodig, vindt de IRU.
Bij de golf van protesten van boeren van de afgelopen maanden is gebruikgemaakt van vergelijkbare tactieken: het blokkeren van belangrijke handelsroutes, waaronder snelwegverbindingen, grenzen, distributiecentra en havens, om het transport te ontwrichten.
Chauffeurs komen vast te zitten op de weg en worden feitelijk lange tijd gegijzeld zonder toegang tot voedsel, water en sanitaire voorzieningen, terwijl goederen met enorme vertragingen worden afgeleverd. IRU heeft de EU- en nationale autoriteiten al opgeroepen meer te doen om vitale handels- en mobiliteitsroutes open te houden.
De gemiddelde kosten voor de chauffeur of exploitant van een geblokkeerde vrachtwagen bedragen ongeveer € 100,- per uur. De kosten kunnen snel oplopen, wat vooral gevolgen heeft voor eigen rijders en kleine en middelgrote transportbedrijven. De bredere economische kosten lopen al in de vele miljoenen euro's, volgens IRU.
Vrijheid van meningsuiting staat niet gelijk aan vrijheid van vernietiging
De protesten zijn steeds gewelddadiger geworden, vooral in Frankrijk, waarbij vrachtwagens en chauffeurs worden aangevallen door gemaskerde bendes demonstranten die voertuigen beschadigen en vracht, vooral voedsel, vernietigen. Dit is criminele schade aan een vrachtwagen en zijn onschuldige chauffeur, aan de transportsector als geheel en aan de mensen voor wie het voedsel bestemd is.
Helaas vallen demonstranten voornamelijk in het buitenland geregistreerde vrachtwagens aan, vaak uit buurlanden. De vrachtwaarden variëren enorm, maar één vrachtwagen kan voedsel vervoeren met een waarde van € 100.000,- of meer. De verzekering dekt geen schade omdat rellen bij de meeste polissen zijn uitgesloten.
IRU EU Advocacy Director Raluca Marian zei: “Genoeg is genoeg. Onschuldige chauffeurs en transportbedrijven proberen gewoon hun werk te doen en voedsel en andere essentiële zaken naar bedrijven in heel Europa te brengen."
“Iedereen heeft het recht om te protesteren, maar niet het recht om chauffeurs te bedreigen, vrachtwagens aan te vallen en eigendommen te vernielen. En als kostbare vertragingen, aanvallen en vernietiging plaatsvinden, moet iemand ervoor boeten”, voegde ze eraan toe.
Compenseer de slachtoffers
Regeringen in heel Europa zijn er vaak niet in geslaagd de continuïteit van logistieke ketens te waarborgen en chauffeurs te beschermen die eenvoudigweg hun werk proberen te doen. Het onvermogen van de overheid om op te treden en de rechtsstaat te beschermen blijkt vaak uit beelden van de politie die ter plaatse aanwezig is, maar niet probeert de criminele schade te stoppen, zegt de IRU.
Raluca Marian concludeerde: “Overheden hebben de plicht om het vrije verkeer van goederen te garanderen en de veiligheid van chauffeurs en hun lading te garanderen. De systematische ineenstorting van het gezag en de orde die bij deze protesten te zien is, doet de legitieme aanspraak van de slachtoffers – transportbedrijven – op compensatie van regeringen voor hun verliezen toenemen.
“Als regeringen hun beschermende rol niet vervullen, moeten ze de schade betalen. Niemand anders zal dat doen. Transportbedrijven hebben nu eenvoudige en transparante processen nodig om compensatie te claimen."