Kabinet blokkeert referendum over referendum

DEN HAAG - Het kabinet wil voorkomen dat over de afschaffing van het raadgevend referendum een referendum kan worden gehouden. Dat is vrijdag besloten.

Nu kunnen burgers nog bij iedere wet vragen om een raadgevend referendum over die wet. Het kabinet wil daarvan af, maar is bang dat burgers over de zogenoemde afschaffingswet ook een volksraadpleging aanvragen. Voorvechters van het referendum kondigden die al aan.

Verantwoordelijk minister Kajsa Ollongren (Binnenlandse Zaken) heeft in het wetsvoorstel over de afschaffing laten vastleggen dat er geen referendum meer kan volgen. Het is logischer om over deze wet nadien geen referendum meer mogelijk te maken, aldus de bewindsvrouw.

Ollongren vindt het "niet goed uit te leggen'' om een raadgevend referendum te houden over een wet waarin dat referendum net is afgeschaft. "De spelregels gelden zolang die wet er is. Maar op het moment dat die wet er niet meer is dan gelden die spelregels ook niet.''

Premier Mark Rutte noemt een referendum over het afschaffen van het referendum een wassen neus en een heel gekke constructie. Volgens hem is het blokkeren van het referendum niet bedacht omdat de regering bang zou zijn voor de mening van de bevolking. "Nee, want mensen kunnen bij verkiezingen en waar ze willen natuurlijk hun oordeel geven'', aldus de premier.

Het kabinet wil van het raadgevend referendum af omdat dit instrument in de woorden van Rutte vlees noch vis is. De bevolking mag haar mening geven, maar de regering kan die naast zich neerleggen. Bij het raadgevend referendum in april 2016 over verdere Europese samenwerking met Oekraïne leed de regering een nederlaag. Het kabinet was voor, maar een meerderheid stemde tegen.